Miste Karl Marx de ekologische kwestie?
Het beschouwen van een vrachtauto als gereedschap spreekt vanzelf, maar dat ligt anders bij de chauffeur van de vrachtauto, het gereedschap Mens.
Als een vrachtauto niet werkt, neemt hij geen brandstof, maar de chauffeur eet ook als hij niets doet.
Een vrachtauto werkt zijn hele leven, de chauffeur niet.
Een vrachtauto heeft een vrijwel constante entropische waarde, ook als de motor niet draait. De chauffeur moet zijn hele leven eten om de entropie van zijn lijf op een bepaald vitaal niveau te houden.
Een menselijke arbeider zien als een stuk gereedschap, waarvan de inzet kan worden gekocht voor het verrichten van arbeid, voert terug naar de 19e eeuw. De vraag dringt zich op: Is entropisch denken een vorm van marxisme? Was Karl Marx al een entroop? Of was hij alleen maar een enge egoïstische materialist met geen enkel oog voor natuur en milieu?
Ik herlees nog eens
Karl Marx
LOONARBEID EN KAPITAAL
met een inleiding door Friedrich Engels
en een voorwoord van het
marx-engels-lenin-instituut
te moskou
marxistische bibliotheek
deel 9
prijs f 0,30
Uitgeverij PEGASUS
Amsterdam 1935
In 1935 was het al 84 jaar geleden dat Karl Marx deze uiteenzetting over 'kapitalistische uitbuiting' schreef in de door hem geleide Neue Rheinische Zeitung en voorspelde hij de 'onvermijdelijke ondergang van de middenklassen en van de zogenaamde boerenstand'.
Mij treft onmiddellijk dat het Marxistische begrippenkader helemaal entropisch is:
Begrip: Arbeidskracht |
Karl Marx |
Arbeidskracht is een waar die de arbeider kan verkopen.
Het is een eigenaardige waar, die geen ander reservoir heeft dan mensenvlees en bloed.
|
Helder Blou |
Arbeidskracht is de inzet van een gereedschap. |
Begrip: Kapitaal |
Karl Marx |
Het kapitaal is de som van waren, van ruilwaarden, van maatschappelijke grootheden.
Het lichaam van het kapitaal kan zich voortdurend veranderen zonder dat het kapitaal de geringste verandering ondergaat.
De bourgeois is eigenaar van het kapitaal. De kapitalist.
De arbeider dient mede-eigenaar te worden voor zijn deel.
|
Helder Blou |
Het kapitaal is de integrale entropie van het menselijk leefdomein.
De innerlijke ordening van het Domein kan zich voortdurend wijzigen zonder dat de entropie ervan de geringste wijziging ondergaat.
Iedere Deelnemer heeft zijn eigen Tuin.
|
Begrip: Product |
Karl Marx |
Een product is een waar waaraan door arbeid waarde is toegevoegd. |
Helder Blou |
Een product is een systeem in een nieuwe toestand nadat het een toestandverandering heeft ondergaan door inzet van gereedschap. |
Begrip: Gereedschap |
Karl Marx |
Het gereedschap is de gansche machinerie.
De arbeider behoort hier niet toe, hij behoort mede-eigenaar te zijn van het gereedschap.
De kapitalist ziet de arbeider wel als gereedschap.
|
Helder Blou |
Een gereedschap is deel van een omgeving en kan een toestandsverandering bewerkstelligen van een systeem.
Voorbeelden van gereedschappen zijn: hamer, beitel, fluitketel, werktuig, machine, mens, dier, gebouw.
Geld, grondstoffen en planten zijn geen gereedschappen
|
Begrip: Prijs |
Karl Marx |
De prijs is de som van grondstoffen, slijtage gereedschap en arbeid met daaroverheen de concurrentieverhouding kopers/kopers, kopers/verkopers en verkopers/verkopers. |
Helder Blou |
De prijs is het entropisch effect van de benodigde toverslagen op de omgeving. |
Begrip:Productiekosten |
Karl Marx |
Productiekosten, uitgedrukt in geld, om een enkel product te maken. |
Helder Blou |
Een toverslag is de toestandsverandering, uitgedrukt in J/°K, die nodig is om een enkel product te maken. |
Begrip: Geld |
Karl marx |
Geld is een ruilmiddel van goud of zilver, waarvan de ruilwaarde niet vast is. |
Helder Blou |
Geld is een ruilmiddel van kJ/°K , waarvan de ruilwaarde in de natuur vastligt. |
Begrip: Waarde |
Karl Marx |
De waarde van een artikel is gelijk aan de menselijke arbeid die is uitgevoerd om het artikel beschikbaar te stellen. |
Helder Blou |
De waarde van een systeem is gelijk aan de vormingsentropie ervan. |
Om te bereiken dat jij dit ook zult begrijpen geef ik voorbeelden.
Voorbeeld 1: leunstoel
Helder's vader maakt samen met de dove knecht een leunstoel uit de grondstoffen hout, springveren, singels, touw, jute, garen, crin, nageltjes, leder en siernagels. Zijhanteren zaag, schaaf, hamer, nijptang, lijm, singelspanner, meubelnaald, schaar en mes. Zij doen daar 10 dagen over. 
Dan nu de begrippen invullen:
- Arbeidskracht:
Het gereedschap Mens wordt gedurende 10 dagen ingezet voor 1 stoel. De energie wordt geleverd in de vorm van koude en warme maaltijden voor de arbeiders, maar ook als electriciteit voor verlichting en kolen voor verwarming van de werkplaats.
- Kapitaal:
Is de entropische waarde van de Tuinen van vader en knecht.
- Product:
Groninger Leunstoel met draaipoten.
- Gereedschap:
Zaag, schaaf enz., huisvesting werkplaats, maar ook Helder's vader en de dove knecht. Deze gereedschappen vormen tezamen de omgeving die de vereiste toestandsverandering van de grondstoffen naar de toestand 'stoel' kan bewerkstelligen.
- Prijs:
Is de optelsom van alle tovers die nodig zijn om tot de stoel te komen vertrekkend van de winning van grondstoffen en de levering van gereedschappen.
Voor de inzetprijs van gereedschap Werkplaats formuleerde Helder dit voorbeeldschema:
Capaciteit: Cmeubelwerkplaats = 20 stoelen/300 werkdagen
Een jaar bevat 300 werkdagen.
Inzettijd: Ti werkplaats = 1/C = 0,05 . 300 werkdagen/stoel = 15 werkdagen/stoel
Diensttijd: Td werkplaats = 40 jaren = 12000 werkdagen.
Inzetquotient qi werkplaats = Ti / Td = 0,00125
Prijs inzet werkplaats voor één stoel:
S i werkplaats/stoel = qi . Afspeeltover Werkplaats [J/°K].
Definitie van de afspeeltover van een systeem: Afspeeltover Systeem is de som van alle entropieveranderingen die worden veroorzaakt door de toestandsveranderingen die nodig zijn om het systeem zijn leven te laten leven vanaf het begin – de collectie tot Systeem (b.v. Werkplaats) – tot het einde – de distributie ervan in de Omgeving.
- Toverslag:
De stoel is eenheidsproduct en de Maaktover Stoel is gelijk aan de som van de ervoor uitgevoerde toverslagen met het gereedschap. De absolute grootte van de Maaktover is gelijk aan de absolute grootte van de prijs van de stoel in entropen.
- Geld:
Geldige valuta zijn de tovers
- Waarde:
De waarde van de stoel is gelijk aan de som van de vormingsentropieën Sσ van de verschillende stoffen waaruit de stoel bestaat. De waarde van een systeem is intrinsiek en onafhankelijk van het gevolgde pad van toestandsveranderingen om het systeem te vormen.
Voorbeeld 2 : student kent quantummechanica
Helder voert jaarlijks 15 onderwijseenheden Quantummechanica uit voor 15 studenten. Het uitvoeren van een onderwijseenheid bestaat uit collegeontwikkeling, college geven, aftoetsen studenten. Totaal 200 werkdagen.
Dan nu de begrippen invullen:
- Arbeidskracht:
Het gereedschap Helder wordt gedurende 6 uur ingezet voor 1 college. De energie wordt geleverd in de vorm van koude en warme maaltijden voor de arbeider, maar ook als electriciteit voor verlichting en aardgas voor verwarming van de collegezaal.
- Kapitaal:
Is de entropische waarde van de Tuinen van professor Helder, bestuur universiteit (deels) en ondersteunend personeel (deels).
- Product:
Student die quantummechanica kent.
- Gereedschap:
Krijt, bord, huisvesting, maar ook Helder enz.. Deze gereedschappen vormen tezamen de omgeving die de vereiste toestandsverandering naar de toestand 'student kent quantummechanica' kan bewerkstelligen.
- Prijs:
Is de optelsom van alle tovers die nodig zijn om tot de eindtoestand te komen, vertrekkend van de winning van grondstoffen en de inzet van gereedschappen.
Voor de inzetprijs van gereedschap Helder formuleerde Helder dit voorbeeldschema:
Capaciteit: Chelder = 15 studenten met kennis QM/200 werkdagen.
Inzettijd: Ti = 1/C = 200 werkdagen /15 studenten = 13,3 werkdag/student met kennis QM
Diensttijd: Td helder = 35 jaar = 7000 werkdagen.
Inzetquotient qi helder = Ti / Td = 0,0019
Prijs inzet Helder voor één student met kennis QM:
- Toverslag:
De student met kennis Quantummechanica is eenheidsproduct en de Maaktover OE is gelijk aan de som van de daartoe uitgevoerde toverslagen met het gereedschap. De absolute grootte van de Maaktover is gelijk aan de absolute grootte van de prijs in entropen.
- Geld:
Geldige valuta zijn de tovers
- Waarde:
De waarde van de student met kennis QM is gelijk aan het verschil in vormingsentropie in het brein van de student zonder- en de student met kennis van Quantummechanica. Deze waarden zijn intrinsiek en onafhankelijk van het gevolgde pad van toestandsveranderingen.
Op het eerste gezicht lijken het nulwaarden, omdat kennis abstract lijkt. Maar het gaat wel degelijk om een toestandsverandering van het brein van de studenten en de entropie in hun hoofden zal stijgen. De informatiedrager hersenen heeft gewoon fysiek entropische waarde. De zogenaamde Shannon-entropie van informatie, waar wel mee gewerkt wordt, is dan ook minder bijzonder dan vaak wordt voorgegeven.
***********************************
Het denkkader van Marx heeft dus al herkenbare entropische contouren. Het zal de tijdgeest zijn geweest, want kijk eens naar deze tijdlijn:
1867 Publikatie Das Kapitaal I door Karl Marx
1876 Publikatie Die mechanische Wärmetheorie door Rudolf Clausius. Hierin wordt het begrip entropie voor het genoemd met
de formule S = dQ/dt
1883 Overlijden Karl Marx
1885 Publikatie Das Kapital II 1894 Publikatie Das Kapitaal III
1896 Publikatie Vorlesungen über Gastheori door Ludwig Boltzmann met de formule S = k logW.
Als ik deze volgorde der gebeurtenissen overdenk dan durf ik de stelling aan dat Karl Marx één van de wegbereiders van Clausius en Boltzmann is geweest. Zijn gedachtengang leidde tot de conclusie dat er Verelendung zou komen voor het proletariaat. Vergelijk dit eens met de volgende uitspraak van Boltzmann:
“ De algemene strijd om het bestaan van de levende wezens is niet een strijd om de grondstoffen – de grondstoffen voor alle organismen zijn in lucht, water en bodem in overvloed voorhanden – ook niet om de energie, die in vorm van warmte in ieder lichaam rijkelijk voorhanden is, maar een strijd om de negatieve entropie, die door de overgang van de hete zonne-energie naar de koude aarde disponibel wordt.
Om deze overgang zoveel mogelijk te benutten, spreiden de planten het onmetelijke oppervlak hunner bladeren uit en dwingen de zonneënergie op nog onbekende wijze, voordat zij op het aardoppervlak afkoelt, chemische synthesen uit te voeren, waarvan men in onze laboratoria nog geen idee heeft. De producten van deze chemische keuken (bladgroen, groente, fruit, hout, koren, steenkool, olie enz. – J.M.L.) zijn de inzet voor de strijd in de dierenwereld.”
In de tijd van Marx was mondiale milieuverontreiniging met een broeikaseffect nog totaal onbekend, maar lokale milieuverontreiniging door de fabrieken was er al. En als het aan Marx zou zijn gevraagd hoe hij de verdere ontwikkeling van de Verelendung voor zich zag, dan zou hij ongetwijfeld de milieuverontreiniging erbij hebben betrokken. Ja, Verelendung was in schijn de verarming van het proletariaat, maar in wezen de ekologische kwestie. Marx miste de ekelogische kwestie niet, maar was een van de eersten die hem aan de orde stelde.
Ik kan het niet laten om nog even een tijdgenoot van Marx te noemen die de ekologie eveneens aan de orde stelde, te weten Frederik van Eeden die in 1885 De Kleine Johannes publiceerde. Van Eeden wist al van entropie, getuige dit citaat uit het Roode lampje